Levend bingo wordt gespeeld in ca. 4 groepen, gebruik bijvoorbeeld patrouilles als groepjes. Elk groepje krijgt een unieke bingokaart en een pen. Vervolgens begint de leiding de bingo-molen te draaien en het nummer op te noemen. De leiding heeft ook een lijst in beheer waarop elk nummer gekoppeld is met een voorwerp. De leiding zegt dus bijvoorbeeld: “nummer 7: een lepel”. De groepjes moeten dan kijken of ze dat nummer op hun bingokaart hebben staan en zonodig afstrepen. Ondertussen moet iemand van dat groepje op zoek gaan naar een lepel. Zodra er een bingo is gevallen moet het groepje dat bingo heeft geroepen namelijk ook de bijbehorende voorwerpen laten zien die bij de winnende nummers horen. Is er wel een correcte bingo op de kaart maar zijn niet alle voorwerpen aanwezig dan is het een valse bingo. Je kunt eventueel nog iets verzinnen wat er gebeurd bij een goede of een valse bingo. Terwijl diverse kinderen op zoek zijn naar de voorwerpen draait de leiding ondertussen rustig door met de bingo-molen.
Je kan spelen met verschillende rondes zoals:
- Ronde 1: Een volle rij (horizontaal, verticaal, diagonaal)
- Ronde 2: Alle buitenste vakken
- Ronde 3: Een volle kaart
In het tabje Downloads kun je een voorbeeld vinden van een voorwerpenlijst en 8 bingokaarten.
Ingezonden door: DIAV
Beoordelingen
Er zijn nog geen beoordelingen